Joost is weg

4 March 2010

Als een kat de kattenbak gebruikt als bed en de rest van de wereld als toilet en het bed staat in de fietsenstalling van de Nieuwe Energie, dan kan dit gevolgen hebben voor de gebruikers van de fietsenstalling. Het is dan niet ondenkbaar dat iemand op een willekeurige doordeweekse werkdag bij het parkeren van z’n fiets in de kattenstront stapt.
Dat kan één keer, misschien twee keer geen gevolgen hebben, maar als het drie of meerdere keren gebeurt dan kun je vergif op innemen dat er acties volgen. De stronttrapper beklaagt zich bij de huisbaas. De huisbaas belooft de klager op zijn beurt dat het incident tot op de bodem zal worden uitgezocht en opgelost. De uitslag van het onderzoek laat zich raden. Joost is de schuldige en de pineut. Wat nu? Weet een zwerfkat het verschil tussen een kattenbak en een ledikant? Deze zwerfkat kennelijk niet. Wordt het hem dat kwalijk genomen? Welzeker.

Ontroostbaar
En hoewel Joost pas enkele maanden in de fietsenstalling woont, gedurende die periode geen vlieg kwaad heeft gedaan en liefdevol wordt verzorgd door medewerkers en cliënten van de Zaak en De Binnenvest betekent het toch exit voor Joost. Het gevolg hiervan was dat een aantal medewerkers van de Dagopvang en de Zaak ontroostbaar verdrietig zijn geworden. Duidelijk kattenliefhebbers. Maar het goede nieuws is dat Joost liefdevol is opgenomen door Floris, de kok van de Zaak, Floris kon het niet over zijn hart verkrijgen dat Joost mogelijkerwijs in een asiel zou belanden en heeft de kat liefdevol opgenomen in zijn eigen huis. De laatste berichten zijn dat Joost zich er helemaal op zijn gemak voelt. Eind goed al goed.

Misplaatste adoratie
Waar die misplaatste adoratie voor katten vandaan komt weet ik niet, maar één ding weet ik zeker, de liefde is niet wederzijds. Een kat houdt niet van zijn baas of bazin, hij houdt alleen van zichzelf en hij doet alsof hij doof is.
Dat een kat niet luistert is overigens een vrij normaal verschijnsel. Een beetje kat is namelijk van mening dat hij van betere komaf is dan degene die hem onderdak verschaft en voedsel verstrekt. Zo iemand is in de beleving van de kat een dienaar, een slaaf en naar een dienaar of slaaf luister je niet, daar kijk je als kat op z’n hoogst minzaam naar om duidelijk te maken hoe de verhoudingen liggen. Sommige katten hebben die opportunistische doofheid, het minzaam kijken en wat er direct op volgt vervolmaakt. De doofheid is nagenoeg permanent en het minzaam kijken duurt lang genoeg om je razend te maken, vervolgens draait het beest zich treiterend langzaam om en wandelt rustig weg met de staart omhoog zodat je het dier recht in de kont kijkt. Dieper kun je niet vernederd en beledigd worden. De ware kattenliefhebber is echter, in tegenstelling tot de objectieve waarnemer, blind voor deze vernederende behandeling en beschouwt het als normaal kattengedrag. Aan me hoela. Pure minachting.

Voedselverstrekking
Nu zijn er wel momenten dat zelfs de meest snobistische, narcistische kat feilloos aanvoelt dat dit gedrag niet altijd vol te houden is en negatieve gevolgen kan hebben met betrekking tot de voedselverstrekking. Op zulke momenten is er, echter uitsluitend voor de objectieve beschouwer, een niet te miskennen omslag van gedrag waar te nemen. De kattenliefhebber is nogmaals blind voor deze ommekeer. Bij deze gelegenheid veinst het beest hechte vriendschap en gelijkwaardigheid, het gaat af en toe zelfs zover dat het “kopjes” geeft, op je schoot klimt, daarbij een spinnend geluid maakt en zich laat aaien. Voor de goede orde, het kopjes geven is geen overhandiging van serviesgoed. Kattenbezitters denken te weten wat er met het geven van kopjes en produceren van spingeluid bedoeld wordt. Ze denken dat de affectie wederzijds is. Ze raken hierdoor zo vertederd dat ze zich volledig onderwerpen aan de nukken en eisen van het creatuur. Door dit zorgvuldig manipulatief gedrag beseft de kattenliefhebber niet dat het geheel voor het karretje van de kat gespannen wordt. De kat kan vanaf dat moment doen met de baas of bazin wat het goed dunkt. En daar maakt hij in niet geringe mate gebruik van.

Zoete koek
Een mooi voorbeeld hiervan is het vaststellen van het favoriete diner. Dat begint al als de nieuwe eigenaar het katje bijvoorbeeld uit een bevriend nest heeft gekregen.
Het jonge katje eet in deze beginperiode alles voor “zoete koek” op wat het voorgezet krijgt, maar stelt gedurende die tijd ook zorgvuldig vast welk voedsel hij ’t lekkerste’ vindt. Is dat eenmaal bepaald dat kan de baas of bazin voorzetten wat hij of zij wil, de kat eet alleen nog wat hij het ‘t lekkerst vindt. En dat is bijna zonder uitzondering het duurste blikje kattenvoer dat er te koop is. Denk nou niet “ik koop één keer dat blikje met duur kattenvoer en daar stop ik later het goedkope spul van de Aldi of Lidl in en laat de kat overduidelijk zien dat het voedsel afkomstig is uit ‘dure blikje’. Vergeet het maar, daar trappen ze geen van allen in. Ze halen er hun neus voorop alsof het bedorven is. Maar denk nu ook weer niet dat de smaakpapillen en het reukvermogen van de kat zo ontwikkeld zijn dat hij op die manier onmiddellijk door heeft dat hij beduveld wordt. Wel nee, ze zien het gewoon op de kassabon van de Aldi of de Lidl op de keukentafel.

 

Jan Co Meijer

Joost is weg

Aanmelden nieuwsbrief

Wil u onze nieuwsbrief ontvangen? Meld u dan hier aan: