Voorjaar, tijd om je te vergapen aan de natuur en hoe Bijzonder Alles Is. Zo hoor en zie je overal dieren, die je de hele winter niet hebt gezien. Bijvoorbeeld de fuut, een van de meest innemende watervogels die ik ken. Deze acrobaat met z'n donkere oorpluimen is een echte grappenmaker. Om te beginnen ligt hij heel diep in het water, als een bootje dat lekgeslagen is en langzaam zinkt. Geen gezicht. Maak echter één onverwachte beweging en hij is weg. Ondergedoken, om even later op een volstrekt onverwachte plek op te duiken. Kiekeboe.
Dan weer is hij aan het flirten met een wijfje, door tegen haar op te zwemmen en dansbewegingen met z'n kop te maken. Chubby Checker. Heeft hij haar eenmaal verschalkt, dan bouwen ze een liefdesnestje op het water, waar ze het er flink van nemen. Het echte nest bouwen ze vervolgens langs de waterkant – waar ze hun eieren uitbroeden.
Hoewel fuutkuikens al snel kunnen zwemmen, nemen de ouders ze vaak op hun rug, waar ze veilig zijn voor roofdieren. Daar kunnen de kuikens bestuderen hoe hun ouders visjes vangen en gevaren ontwijken. Zo zag ik een fuut ijverig en geduldig in de weer met een visje, dat hij herhaaldelijk voor de ogen van zijn kroost in de lucht gooide en in het water liet neerkomen, om het dan bliksemsnel weer te pakken. Ook las ik ergens dat een moederfuut haar bedelende kuikens regelmatig kleine witte veertjes gaf, die zij uit haar eigen verenkleed plukte. Nepvisjes, in afwachting van de echte. Een andere keer zag ik een fuut met kuiken en al op de rug onderduiken, op jacht naar een lekker visje. Zie hier de futenschool, waar de kuikens na circa tien weken volleerd zijn. Een nieuwe lichting acrobaten, klaar om ons volgend jaar te vermaken.
Jan Dobbe
Meer columns van Jan Dobbe lezen? Ga dan naar www.jandobbe.nl/creatief-met-tekst/columns
